Voorzieningen

Tot 1825 was Hoog-Appelscha een boerennederzetting met zeer beperkte voorzieningen. Door de explosieve toename van het inwonersaantal in de 19e eeuw steeg ook het aantal voorzieningen. De ontwikkeling van enkele sociale en economische voorzieningen worden hieronder nader uitgelicht. 


 

Sociale voorzieningen

 

Kerk
De eerste tekenen van het bestaan van een kerkelijke gemeenschap in Appelscha dateren uit 1247. Deze kerkelijke gemeenschap was gevestigd in de Trefkerk. De Trefkerk was gelegen aan de Westerse Es, centraal tussen de buurtschappen Hoog-Appelsche, Aekinga, Terwisscha en De Bult. Toen het inwonersaantal ten tijde van de veenontginning explosief ging stijgen, barstte de Trefkerk al gauw uit zijn voegen. De plaatselijke schoolmeester opperde in 1844 al om de oude kerk af te breken en een nieuwe kerk op te bouwen nabij het centrum. Pas toen in 1868 het argument werd aangevoerd dat de Trefkerk met drie kwartier tot een uur lopen te ver van de bewoonde wereld staat, werd in 1869 aan de Zuidzijde van de vaart een nieuwe hervormde kerk gebouwd. Sinds die tijd heeft Appelscha twee hervormde kerken. De oude bouwvallige Trefkerk werd in 1903 gesloopt en vervangen door een nieuwe kerk. Inmiddels is deze kerk niet meer in gebruik van een kerkgemeenschap. Een kunstenaar heeft zich in de kerk gevestigd.


De nu afgebroken Trefkerk rond 1900. (Bron: https://www.stellingwerf-heemkunde.nl/geschiedenis/dorpen/Appelscha/appelscha.htm)


Onderwijs
Omstreeks 1806 was Appelscha voorzien van één lagere school, welke nabij de Trefkerk gelegen was. Deze school bood plaats aan circa 25 leerlingen. Met de komst van de veenarbeiders in Nieuw-Appelscha moest de lagere school in 1835 onderdak bieden aan 75 kinderen. Aangezien de school uit zijn voegen dreigde te barsten werd op initiatief van de Compagnons een nieuwe school gebouwd in Nieuw-Appelscha. Deze nieuwe school was voorzien van één klaslokaal welke ruimte bood voor 300 leerlingen. Toen deze school in 1870 overvol dreigde te raken, werd besloten tot de bouw van een tweede lagere school. Deze werd in 1871 gerealiseerd in Appelscha-Boven, een nederzetting ten oosten van de achtste sluis. In 1911 werd een derde lagere school gesticht in Nieuw-Appelscha in de vorm van een christelijke school. Ten tijde van de nieuwbouw in de jaren '50 en de jaren '80 hebben beide lagere scholen een nieuw onderkomen gekregen. De lagere school in Appelscha-Boven is vanwege een teruglopend leerlingenaantal in 2011 gesloten.

Internaten
Appelscha staat bekend om een tweetal internaten, te weten Aekinga en Us Blau Hiem. Het voormalige jongensinternaat Us Blau Hiem kwam in 1919 tot stand voor de Vereniging voor Hulp aan Onbehuisden te Amsterdam. In de jaren '50 is het internaat overgenomen door de Jeugdbond voor Onthouding. Momenteel is het een jeugdherberg. Internaat Aekinga is tijdens de tweede wereldoorlog in 1942 ontstaan als werkkamp van de Nederlandse Arbeids Dienst. Na de tweede wereldoorlog is dit werkkamp overgenomen door de Vorming Buiten Schoolverband met het doel om de door de oorlog ontheemde jeugd door middel van een vakopleiding weer op de rails te krijgen. In de jaren '80 en '90 heeft Aekinga onderdeel uitgemaakt van Bureau Jeugdzorg Friesland. In 1998 is Aekinga gesloten.

 


Prent briefkaart voormalig internaat Us Blau Hiem (Bron: Historische Vereniging van Appelscha)


Sanatorium
Het voormalige Fries Volks Sanatorium dat in 1910 gesticht was in Joure, werd in 1922 verplaatst naar de bossen in Appelscha. Hier verrezen diverse gebouwen (theehuis, kantine, zusterhuis en een röntgenafdeling). De uitgestrekte bossen van Appelscha gaven de patiënten de benodigde rust en reinheid die van belang waren voor het herstel. In 1963 volgde een verhuizing naar Haren. Tegenwoordig is er een tubercolosemuseum gevestigd in het voormalige röntgenhuis. Het sanatoriumterrein heeft een nieuwe bestemming gekregen in de vorm van een woongemeenschap voor mensen met een verstandelijke beperking.


Prent briefkaart Sanatorium Appelscha (bron: Historische Vereniging van Appelscha)

Overige voorzieningen
Vandaag de dag is Appelscha een zeer voorzieningenrijk dorp. In het centrum bevinden zich onder andere een drogist, een verscentrum en twee supermarkten. Daarnaast heeft Appelscha de beschikking over een eigen bibliotheek, huisarts, tandarts en kinderopvang. Ook zijn er in Appelscha diverse sportvoorzieningen gerealiseerd, te weten Sportpark de Steegde, Racket & Health Centre Steegdenhal, Midgetgolfpark Friesland, het KlimAvontuur en het Bosbad te Appelscha. 
 

Economische voorzieningen

Korenmolen
Aan de weg naar het buurtschap De Bult heeft van 1639 tot 1899 een korenmolen gestaan. Hoewel korenmolens over het algemeen in de nabijheid van boerderijen zijn gelegen, vormde deze korenmolen daarop een uitzondering. Naar alle waarschijnlijkheid was deze korenmolen op een afgelegen locatie gebouwd om de maalbelastingen te kunnen ontwijken. Per zak te malen graan moest tot 1855 belasting worden betaald. Nadat deze belasting werd afgeschaft, heeft de laatste molenaarsfamilie besloten om in 1893 een nieuwe molen te bouwen aan de vaart in Nieuw-Appelscha en de oude korenmolen af te breken.

 

Van schapen naar zuivelfabriek
Hoewel Appelscha van origine een boerennederzetting is, hebben de boeren in Appelscha een betrekkelijk kleine rundveestapel gehad. De boeren waren hoofdzakelijk gericht op akkerbouw en op het houden van schapen. Toch werd in 1892 de zuivefabriek Appelscha opgericht. Door de komst van goedkoper graan uit Amerika waren steeds meer Appelschaaster boeren overgestapt op veeteelt. In 1897 werd daar de melk van 220 koeien verwerkt. In 1907 is de zuivelfabriek van Appelscha overgenomen door Zuivelcoörporatie Oosterwolde. De zuivelproductie werd verplaatst naar Oosterwolde en de zuivelfabriek in Appelscha werd afgebroken.


Schaapsherder onderweg naar heidevelden (Bron: Historische Vereniging van Appelscha)
 
 

Zelfstandige ondernemers
Appelscha beschikt over een zeer sterke groep zelfstandige ondernemers. Vroeger ten tijde van de veenontginning had Appelscha al de beschikking over een eigen bakker, slager en kruidenier. Daarnaast heeft zich korte tijd een scheepswerf en zeilmakerij zich bevonden langs de vaart. Tegenwoordig heeft de detailhandel zich onder andere uitgebreid met een een kledingzaken, fietsenzaken, een bouwmarkt, een fourragehandel en een groenteboer. Daarnaast